Actueel

06 oktober 2022

“AORTA is de ‘best practice’ van VZVZ”

Bijna 7000 zorgaanbieders verspreid over heel Nederland gebruiken het AORTA-afsprakenstelsel. Waarom? Omdat ze op een veilige manier gegevens willen uitwisselen. Bijvoorbeeld om medicatiefouten te voorkomen. Maar wat is een ‘afsprakenstelsel’ eigenlijk? En hoe werkt het? Joris Smits, directeur Operations bij VZVZ, geeft antwoord.

Wat is een afsprakenstelsel?

“In een afsprakenstelsel staat alles wat nodig is om een gezamenlijk doel te bereiken. Bijvoorbeeld gegevens uitwisselen om medicatiefouten te voorkomen of om op de spoedeisende hulp de juiste zorg te kunnen bieden. Dat doel – gegevens uitwisselen om goede zorg te verlenen – kunnen de samenwerkingspartners niet alleen bereiken. Ze hebben elkaar nodig. En ze moeten van elkaar op aan kunnen. Daarom maken ze afspraken. Afspraken waar elke partner zich aan committeert. Al die afspraken bij elkaar vormen het afsprakenstelsel.”
 

Welk probleem lost een afsprakenstelsel op?

“Een afsprakenstelsel heeft als ultieme doel om een maatschappelijk probleem op te lossen. Bijvoorbeeld dat er fouten worden gemaakt bij het voorschrijven van medicatie. Stel dat een patiënt allergisch is voor bepaalde antibiotica. Zorgaanbieder A weet dit en noteert het in het dossier. Zonder gegevensuitwisseling kan het gebeuren dat zorgaanbieder B deze patiënt toch de verkeerde antibiotica voorschrijft. Met gezondheidsschade tot gevolg. Zorgaanbieder A en B willen dit graag voorkomen, en met hen nog meer zorgaanbieders. Ze hebben een gezamenlijk doel: veilig gegevens uitwisselen. Om dat doel te bereiken maken de partners afspraken. Het afsprakenstelsel zorgt er voor dat de uitwisseling zelf verloopt volgens de gemaakte afspraken, de systemen gebouwd worden en werken, en dat de betrokken organisaties goed zijn ingericht en functioneren. Als dat allemaal klopt, verloopt de uitwisseling goed en levert die de meerwaarde op die het voorbeeld weergeeft. In complexe omgevingen met veel spelers is dit de benodigde aanpak om tot het resultaat te komen.”
 

Maken zorgaanbieders zo’n afsprakenstelsel zelf?

“Nee, dat doet de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie: VZVZ. Want zodra er vier of meer samenwerkingspartners zijn wordt het al snel complex. Te complex voor de aanbieders zelf. Te complex vaak ook voor de ICT-markt. Bovendien zijn oplossingen door de markt niet altijd gewenst, omdat dan monopolistische systemen ontstaan. VZVZ is een vereniging, een maatschappelijke organisatie dus. De leden van VZVZ zijn koepelorganisaties, zowel van zorgaanbieders als van patiënten. Een belangrijk kenmerk van de afsprakenstelsels die VZVZ maakt, is dat ze open zijn. Iedereen die zich aan de afspraken committeert, kan meedoen. VZVZ ontwikkelt de afsprakenstelsels, beheert ze en houdt de regie op het gebruik. En zorgt voor blijvend commitment van de samenwerkingspartners.”
 

Er bestaan dus meerdere afsprakenstelsels?

“VZVZ beheert nu drie afsprakenstelsels: AORTA, MedMij en Koppeltaal. Twee andere afsprakenstelsels zijn in ontwikkeling: Twiin en Mitz. De afsprakenstelsels zijn allemaal anders van karakter, met een eigen inhoud en opzet, maar de werkwijze en de regiefunctie van VZVZ zijn steeds hetzelfde. De manier waarop VZVZ architectuur en governance van de afsprakenstelsels inzet, komt overeen.”
 

Wat staat er allemaal in een afsprakenstelsel?

“Een afsprakenstelsel bestaat uit verschillende lagen: afspraken over de organisatie van de samenwerking, over het te ondersteunen zorgproces, over de benodigde informatie, over de applicaties en de netwerken of infrastructuren die nodig zijn. Samen vormen die lagen het interoperabiliteitsmodel. Voor al die lagen beschrijft het afsprakenstelsel wat er minimaal nodig is om het doel te bereiken. In de afspraken neemt VZVZ alle aspecten mee die van belang zijn: wet- en regelgeving, de besturing, het zorgproces, toezicht. Maar eventueel ook de organisatie van subsidieregelingen, bijvoorbeeld voor hulp bij het implementeren van toepassingen binnen het afsprakenstelsel. Alle zwakke plekken, belemmeringen en uitdagingen krijgen een plek in het ontwerp en dus ook in het afsprakenstelsel. Want een afsprakenstelsel kan pas succesvol zijn als het alle aspecten integraal met elkaar in verband brengt.”
 

Staan er alleen afspraken in een afsprakenstelsel?

“Behalve afspraken kunnen ook voorzieningen deel uitmaken van een afsprakenstelsel. Voorzieningen zijn noodzakelijke diensten die de markt niet biedt – of waarvan de beleidsmakers liever niet willen dat de voorziening aan de markt gelaten wordt –, maar die de samenwerkende partijen wél nodig hebben om hun doel te bereiken. Dan spreken de samenwerkingspartners met elkaar af dat ze deze voorzieningen ontwikkelen en gebruiken. VZVZ regelt vervolgens via inkoop en aansturing dat deze voorzieningen er ook daadwerkelijk komen. Het Landelijk Schakelpunt (LSP), waar zorgaanbieders gegevens met elkaar kunnen delen, is een goed voorbeeld van zo’n voorziening. Het LSP is een set van diensten, een noodzakelijke aanvulling op het verder decentrale AORTA-afsprakenstelsel.”

Wat is het AORTA-afsprakenstelsel?

“AORTA is de ‘best practice’ van VZVZ. Het is het afsprakenstelsel dat het verst is doorontwikkeld en daarmee het schoolvoorbeeld van een afsprakenstelsel. Het wordt landelijk gebruikt door bijna 7000 zorgaanbieders. Die samen zo’n 800 miljoen berichten per jaar delen. Het AORTA-afsprakenstelsel bevat alle technische en organisatorische maatregelen en afspraken voor de uitwisseling van medische gegevens. Een belangrijk onderdeel van AORTA is het Landelijk Schakelpunt (LSP). Met het LSP kunnen zorgaanbieders medische gegevens, zoals medicatiegegevens of waarneemgegevens, betrouwbaar en veilig met elkaar delen. Het LSP geeft bijvoorbeeld zekerheid over de adressering, of iemand wel gerechtigd is gegevens op te vragen en over het beveiligingsniveau. In feite beschrijft AORTA dus naast alle afspraken en regels voor de eigen ICT-systemen van de deelnemers, ook de inzet van gemeenschappelijke diensten en het gebruik daarvan. Deze diensten gebruikt VZVZ nu steeds vaker ook in andere afsprakenstelsels. Of ze groeien uit tot zelfstandige afsprakenstelsels, zoals Mitz.”

Afsprakenstelsels zijn dus in ontwikkeling?

“Voortdurend! VZVZ past de afsprakenstelsels doorlopend aan, dat houdt nooit op. Logisch, want ook de ICT ontwikkelt zich steeds verder en VZVZ wil dat zorgaanbieders en patiënten daarvan kunnen profiteren. Maar ook de belangen van zorgaanbieders en patiënten kunnen veranderen. Denk aan de veranderende rol van huisartsen in de wijkzorg en het probleem van hun overbelasting. We polsen continu of we met de goede dingen bezig zijn. Of alle samenwerkingspartijen nog commitment hebben. En wanneer nodig passen we het afsprakenstelsel of de implementatieaanpak van het stelsel aan. Want als het commitment verdwijnt, zetten de partners zich niet langer in voor het gezamenlijke doel.”
 

Kan iedereen aansluiten op een afsprakenstelsel?

“Zeker. De documentatie van de afsprakenstelsels is openbaar en iedereen kan deelnemen. Zorgaanbieders en ICT-leveranciers, ieder vanuit zijn eigen rol binnen de uitwisseling. Maar een zorgaanbieder kan alleen deelnemen als de eigen ICT-leverancier dit ondersteunt. Laten we de zorgaanbieder als voorbeeld nemen. De deelname start met een aanmelding. Vervolgens zorgt de ICT-leverancier van de zorgaanbieder dat hij aantoonbaar aan alle eisen voldoet. Dat is doorgaans een kleine opgave als de leverancier het ook al voor andere klanten geregeld heeft. De leverancier legt zijn commitment vast door een deelname-overeenkomst te ondertekenen. Ondertussen regelt de zorgaanbieder, met hulp van zijn ICT-ondersteuners, dat hij aan alle organisatie-, implementatie-, applicatie- en netwerkafspraken voldoet. Ook dit wordt vastgelegd in een overeenkomst met VZVZ. Vanaf dat moment kan de zorgaanbieder daadwerkelijk deelnemen en gegevens uitwisselen.”